Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], En hij heeft [48]aan de beloftenis Gods niet getwijfeld door ongeloof; maar is gesterkt geweest in het geloof, [49]gevende God de eer; 48. Dit is het andere steunsel van het geloof van Abraham, namelijk de verzekerdheid die hij had van Gods trouw en standvastigheid in zijne beloften; Hebr.6:17,18. 49. Dat is, hiermede betonende te geloven dat God kon en zou doen hetgeen Hij beloofd had; en heeft alzo verzegeld dat God waarachtig is; Joh.3:33.